Ik kreeg een mailtje van een vrouw met de vraag of ik een  recept kan maken voor een glutenvrije vlaai. Haar schoonmoeder maakt heerlijke vlaaien, maar die zijn helaas niet glutenvrij. Na drie keer proberen was ik pas tevreden. De eerste poging was lekker, maar leek in de verste verte niet op vlaai, de tweede was heel vies en de derde was erg lekker én een goede vervanger voor de ‘gewone’ vlaai. Glutenvrije producten zijn altijd wat droger en korreliger dan wanneer er wel gluten in zitten. Het is lekker, maar verwacht niet hetzelfde als een echte Limburgse vlaai.

Deze vlaai is glutenvrij en suikervrij. Ik gebruikte een appelvulling, maar je kan elke vlaaivulling maken die je wilt. De palmsuiker in het recept kan je onder andere bij de Jumbo supermarkten en bij natuurvoedingswinkels kopen.

Vlaai met appel (zonder suiker)
voor ongeveer 6 personen

Appelvulling
3 middelgrote appels
anderhalve eetlepel palmsuiker
scheutje citroensap of limoensap

Vlaaideeg
1 tl bakpoeder (let op dat je glutenvrij bakpoeder gebruikt)
60 gram rijstmeel (ik gebruik volkoren rijstmeel, maar je mag ook wit rijstmeel gebruiken) + wat extra
30 gram gemalen amandelen
30 gram gemalen walnoten
30 ml melk (ik gebruik rijstemelk)
20 gram roomboter
1 eetlepel palmsuiker
half ei

• Schil de appels, snij ze in dunne plakjes of blokjes.
• Zet een pannetje met een laagje water (ongeveer 2 c.m. in een steelpannetje) op het vuur en breng het aan de kook.
• Doe de appel, palmsuiker en de citroensap in het steelpannetje. Deksel op de pan.
• Laat het zachtjes borrelen gedurende ongeveer 5-10 minuten tot de appels zacht zijn, maar niet uit elkaar vallen. Kookduur is afhankelijk van welke appels je gebruikt. Roer het appelmengsel tijdens het koken een of twee keer door.
• Zet het vuur uit, doe de deksel van de pan, zodat het appelmengsel wat kan afkoelen terwijl je het deeg maakt.
• Verwarm de oven voor op 220 graden Celsius.
• Vet een bakvorm in met wat boter. Het liefst een vlaaivorm, als je die hebt.
• Doe alle ingrediënten voor het glutenvrije vlaaideeg in een kom en kneed het met je handen. Als het erg plakkerig is na het mengen, voeg dan nog wat rijstemeel toe. Niet teveel, het mag best nog een beetje plakken.
• Doe het deeg in de vorm en druk het uit, totdat de vorm en de randen zijn bedekt. Prik gaatjes in de bodem met een vork.
• Giet het appelmengsel goed af, maar bewaar het vocht voor later! Bewaar zoveel van het vocht zodat je er een klein kopje mee zou kunnen vullen.
• Kieper het appelmengsel in de vorm en spreid het mooi uit over de vlaai.
• Zet de vlaai in de oven en bak gedurende 20 minuten tot het deeg heel licht gebruind is.
• Haal de vlaai uit de oven en giet het vocht dat je had bewaard (waar je de appels in had gekookt) over de appelstukjes (niet over de deegranden dus).
• Laat afkoelen.

Variatie:
– Geef er wat lobbig geklopte slagroom bij (suiker toevoegen is niet nodig), of een schepje créme fraîche.
– Je kan elke vulling gebruiken die je wilt. Zo kan je rijstevlaai maken, of kersenvlaai, of een zelfbedachte vulling.